CANTATE Ihr Menschen, rühmet Gottes Liebe (BWV 167)

1. ARIA (T)
Ihr Menschen, rühmet Gottes Liebe
und preiset seine Gütigkeit!
Lobt ihn aus reinem Herzenstriebe,
daß er uns zu bestimmter Zeit
das Horn des Heils, den Weg zum Leben
an Jesu, seinem Sohn, gegeben.

O mensen, roem Gods liefde
en prijs zijn goedheid!
Loof hem vanuit uw hart
omdat hij voor ons op zijn tijd
de hoorn van het heil, de weg naar het leven
aan Jezus, zijn zoon heeft gegeven.

2. RECITATIEF (A)
Gelobet sei der Herr Gott Israel,
der sich in Gnaden zu uns wendet
und seinen Sohn
vom hohen Himmelsthron
zum Welterlöser sendet.
Erst stellte sich Johannes ein
und mußte Weg und Bahn
dem Heiland zubereiten,
hierauf kam Jesus selber an,
die armen Menschenkinder
und die verlornen Sünder
mit Gnad und Liebe zu erfreun
und sie zum Himmelreich in wahrer Buß zu leiten.


Geloofd zij de God van Israël,
die zich genadig naar ons toe keert
en zijn zoon
vanaf de hoge hemeltroon
naar de wereld stuurt om die te verlossen.
Eerst verscheen Johannes
die de weg en het pad
voor de Heiland gereed moest maken,
daarna kwam Jezus zelf,
om de arme mensenkinderen
en de verloren zondaars
met genade en liefde te verblijden
en hen in ware boete naar het hemelrijk te leiden.

3. ARIA / DUET (S, A)
Gottes Wort, das trüget nicht,
es geschicht, was er verspricht.
Was er in dem Paradies
und vor so viel hundert Jahren
denen Vätern schon verhieß,
haben wir gottlob erfahren.


Gods woord bedriegt niet,
wat hij belooft, gebeurt.
Wat hij in het paradijs
en zoveel honderden jaren geleden
al aan de vaderen beloofde
hebben wij, godlof, ervaren.

4. RECITATIEF (B)
Des Weibes Samen kam,
nachdem die Zeit erfüllet;
der Segen, den Gott Abraham,
dem Glaubensheld, versprochen,
ist wie der Glanz der Sonne angebrochen,
und unser Kummer ist gestillet.
Ein stummer Zacharias preist
mit lauter Stimme Gott
vor seine Wundertat,
die er dem Volk erzeiget hat.
Bedenkt, ihr Christen, auch,
was Gott an euch getan,
und stimmet ihm ein Loblied an!


Het zaad van de vrouw kwam
toen de tijd vervuld was;
de zegen die God had beloofd
aan Abraham, de held van het geloof,
is aangebroken zoals de glans van de zon,
en ons verdriet is gestild.
Een stomme Zacharias prijst
God met luider stem
voor het wonder
dat hij voor het volk heeft verricht.
Ook u, christenen, bedenk
wat God aan u heeft gedaan,
en hef voor hem een loflied aan!

5. KORAAL
Sei Lob und Preis mit Ehren,
Gott Vater, Sohn, Heiliger Geist!
Der woll in uns vermehren,
was er uns aus Genaden verheißt,
daß wir ihm fest vertrauen,
gänzlich verlassen auf ihn,
von Herzen auf ihn bauen,
daß unsr Herz, Mut und Sinn
ihm festiglich anhangen;
darauf singn wir zur Stund:
Amen, wir werdens erlangen,
gläubn wir aus Herzens Grund.



Lof, prijs en eer
zij God de vader, de zoon, de heilige geest!
Die wil in ons vermeerderen
wat hij ons uit genade heeft beloofd,
zodat wij vast op hem vertrouwen,
ons volkomen op hem verlaten,
van harte op hem bouwen,
zodat ons hart, ons gemoed en onze geest
stevig aan hem vasthouden;
daarop zingen wij op dit uur:
Amen, wij zullen het verkrijgen,
dat geloven wij uit de grond van ons hart.

(Nederlandse vertaling: Ria van Hengel