J. S. BACH: Mis in G (BWV 236) |
|
1. KOOR Kyrie eleison, Christe eleison, Kyrie eleison. |
Heer ontferm u, Christus ontferm u, Heer ontferm u. |
2. KOOR Gloria in excelsis Deo, et in terra pax hominibus bonae voluntatis. Laudamus te, benedicimus te, adoramus te, glorificamus te. |
Eer aan God in den hoge, en vrede op aarde voor mensen van goeden wil. Wij loven u, wij prijzen u, wij aanbidden u, wij verheerlijken u. |
3. ARIA (B) Gratias agimus tibi propter magnam gloriam tuam. Domine Deus, Rex coelestis, Deus Pater omnipotens, Domine Fili unigenite Jesu Christe. |
Wij zeggen u dank voor uw grote heerlijkheid. Heer God, hemelse Koning, God, almachtige Vader. Heer, eniggeboren Zoon, Jezus Christus. |
4. ARIA (S, A) Domine Deus, Agnus Dei, Filius Patris. Qui tollis peccata mundi, miserere nobis, Qui tollis peccata mundi, miserere nobis, suscipe deprecationem nostram. Qui sedes ad dexteram Patris, miserere nobis. |
Heer God, Lam Gods, Zoon van de Vader. U die de zonden der wereld draagt, ontferm u over ons. U die de zonden der wereld draagt, ontferm u over ons, aanvaard onze smeekbede. U die zit aan de rechterhand van de Vader, ontferm u over ons. |
5. ARIA (T) Quoniam tu solus sanctus, tu solus Dominus, tu solus altissimus Jesu Christe. |
Want u alleen bent heilig, u alleen bent de Heer, u alleen bent de hoogste, Jezus Christus. |
6. KOOR Cum Sancto Spiritu in gloria Dei Patris, amen. |
Met de Heilige Geest tot eer van God de Vader, amen. |
(Nederlandse vertaling: Ria van Hengel |