PIANO KWINTET (UDC 789.952)

zie ook de Wikipedia-lijst

Inleiding
Schumanns pianokwintet is naar mijn indruk het eerste waarin het begrip pianokwintet zijn thans gebruikelijke betekenis (strijkkwartet met piano) heeft.
Mozart en Beethoven schreven allebei een "pianokwintet" in Es-groot voor piano en vier blazers, resp. KV 452 en Op16.
Vervolgens ontstonden "pianokwintetten" waarin de thans gebruikelijke tweede viool was vervangen door een contrabas, de "Forelle"-bezetting, want Schubert schreef er zijn Forellenkwintet (D. 667, 1819):
J.L.Dusseks Op.41 (1799)
J.N.Hummels Op.87 (1802),
! Onslow op.76
! Ferdinand Ries Op.74
Jeanne-Louise Farrenc (1804-1875) Nr.1 Op.30 a-klein ('39), Nr.2 e-groot Op.31 ('40)
Hermann Goetz (1840-1876) Quintet for Piano, Violin, Viola, Cello & Bass, Op.16
Limmer D-klein Op.13 (1830) IMSLP


Strikt genomen echter heeft Boccherini de oudste rechten, van hem werden posthuum gepubliceerd tweemaal zes kwintetten (Op. 56 & Op.57) voor piano, begeleid door strijkkwartet (de strijkers zijn gewaarschuwd). Zie de noten van nr. 5. Beluister een voorbeeld. Maar dan zit je al bijna bij de clavecimbelconcerten met strijkorkest.

Tot de gezochte kwintetcategorie zou je ook nog kunnen rekenen drie pianoconcerten van Mozart ("Kammerconcerti", nrs 11-13, KV 413-415), ter eigen promotie geschreven voor piano en strijkkwartet (resp KV 387a, 385p, 387b), en ook KV 449. Later voegde hij er blazerspartijaan toe die niets melodisch  toevoegen maar hoofdzakelijk colla parte gaan met strijkerspartijen.
When Mozart had located in Vienna after breaking from the Archbishop of Salzburg, he was trying to establish himself as both composer and performer. In aid of that he wrote these three piano concertos. Before they had received public performances with full orchestras he arranged and published them for piano and string quartet primarily for performances in private residences.
Opnames: zie mijn pagina Mozarts pianoconcerten

Litt. Basil Smallman (1994) The Piano Quartet and Quintet: Style Structure, and Scoring, New York: Oxford University Press. ISBN 0-19-816640-0.

Maar bekijk hier hoe een echt pianokwintet eruit ziet.

Schumann Op 44
 m. Alicia de Larrocha deel 1, deel 2  deel 3, deel 4
S.Richter & Borodin Quartet deel 1, deel 2, deel 3, deel 4  
    idem deel1
Bolivia deel 1
Rien Piano Quintet ("ignore my dad in the background") deel 4
Isr.Phil. Orch. deel 1
R.Alston & Friends deel 3
Turks (inl. C.Orff!) deel 1
Vermeer Kwartet + Koehler deel 1
onbekend maar wel snel in deel 3
tieners in korte broek deel 2
nu hou ik ermee op, er is nog veel meer
zoek zelf verder op deze pagina en volgende

Dvorak
Nr.1 Op. 5
        S.Richter & Borodin Quartet deel 1a, deel 1vv, deel 2
Nr 2 Op.81   
m. Condoleezza Rice (piano) deel 1a, deel 1 (vervolg)
S.Richter & Borodin Quartet  deel 1
internationale profi's deel 1
Amateurs i/d huiskamer  
La Jolla Festival 2007 integraal
muziekstudenten deel 1
Van Leer players deel 1, deel 2, deel 2vv deel 3, deel 4

Bestaand, nog niet bekeken

Elfrida Andrée, (1841-1929) in E minor (1865), fragmenten deel 1, deel 2, deel 3
! Anton Arensky, in D major, Op. 51 (1900)
Asgeirsson
Attenberg
CPE Bach, Sinfonia 2
Cembaloconc. J.Chr.Bach
!Béla Bartók, nr.77 (1904)
Arnold Bax, in G minor (1915)
Bacewicz nr. 1 (1952) nr. 2 (1965)
Amy Beach,
Wilhelm Berger (1861-1911) Piano Quintet in f minor, Op.95 IMSLP
Franz Berwald, No. 1 in C minor (1853), No. 2 in A major (1857)
Ernest Bloch, No. 1 (1923), No. 2 (1957)
Alexander Borodin, in C minor (1862) deel2
    fragmenten  deel 1 A, B, deel 2 A B, deel 3 A B
Brahms Op 34  deel 1+2 (de eerste beelden beloven niet veel goeds, uit China, maar het komt echt!) , idem (sneller?)
    deel 3 + 4
    Zukerman e.a. deel 3, deel 4
    Clara Haskil e.a. deel 4
    int. profi's  deel 1
    m. Condoleezza Rice deel 2
Frank Bridge, in D minor (1905, revised 1912)
+ Max Bruch (1918) amateurs: deel II  deel IV
Cadman g-klein (1937)
Castillon, Alexis de, Piano Quintet, Op.1 IMSLP nee
Coleridge op. 1
Johann Baptist Cramer, Piano Quintet in E ('Amicitia') Op.69 IMSLP
Ernö Dohnányi
! No. 1, Op. 1 (1895)
studenten deel 1, deel 2, scherzo, adagio
+ No. 2, Op. 26 (1914)
Franz Drdla(1868-1944) 3 Hungarian Dances for Piano Quintet, Op.30 No.4
One of the most famous and effective salon works of its time. In the style of Liszt & Brahms' Hungarian music.
+ Edward Elgar, in A minor, Op. 84 (1918)
George Enescu, in A minor, Op. 29 (1940)
Englund
! Fauré
No. 1 (D minor, Op. 89, 1905), deel 1  IMSLP ms
No. 2 (C minor, Op. 115, 1921)  IMSLP  os
Zdenek Fibich (1850-1950) Piano Quintet in D Major, Op.42 (m. klarinet, hoorn?)
Morton Feldman, (1985)
Louis Ferdinand,  Prinz von Preussen (1784-1859), Op.1 (1803) IMSLP lijkt Mozart
(part & 4 part. R'dam)
! Fleischmann
Arthur Foote (1853-1937)Piano Quintet in a minor, Op.38 IMSLP try this at home
! Eduard Franck  (1817–1893) Op.45 D-groot (±'80)
! Cesar Franck Op.14 (1879) S.Richter & Borodin Kwartet deel1 
Carl Frühling (1868-1937) Piano Quintet in f sharp minor, Op.30 IMSLP oogt nogal klassiek
Wilhelm Furtwängler, in C major (completed 1935) ([3])
Friedrich Gernsheim(1839-1916)Piano Quintet No.1 in d minor, Op.35
Ginastera op. 1
Otar Gordeli, (1950)
Karl Goldmark Piano Quintet No.1, Op.30 IMSLP ms
Théodore Gouvy (1819-1898) Piano Quintet in A Major, Op.24 (fragm. /1 /2 /3 )
Granados deel 1
Sofia Gubaidulina, (1957)
Reynaldo Hahn, in F sharp minor (1921)
Harris
Peter Heise IMSLP maar (nog) niet beschikbaar
H.W. Henze
Heinrich von Herzogenberg, in C major, Op. 17 (1876)
Holbrooke op. 44
Ives
Vincent d'Indy, in G minor, Op. 81 (1924) IMSLP
Jadassohn, nr.1 in c-klein, op. 70 (1883) nr. 2 in F-groot, op. 76 (1884), nr. 3 in g-klein op. 126 (1895)
Friedrich Kiel, A-groot op. 75, c-klein op. 76
Kokkonen
Koppel op. 57
+ Koechlin (1867 - 1950) Op.80 (1922)
Erich Wolfgang Korngold, in E major, Op. 15 (1921)
Leighton
Lekeu
Lewesohn
Magnard, Albéric, Piano Quintet, Op.8 IMSLP (vergissing, blazers)
Martucci, Guiseppe, Op.45 IMSLP nee
Bohuslav Martinu*,, H. 35 (1911), No. 1, H. 229 (1933), No. 2, H. 298 (1944)
! Nikolai Karlovich Medtner, in C major (begun 1903, finished 1949) (nog niet op) IMSLP
Krzysztof Meyer, op. 76 (1991)
! Novak Op.12
Leo Ornstein, (1927) Piano Quintet, S610 IMSLP
+ Joachim Raff, in A minor, Op. 107 (1862) IMSLP lijkt speelbaar
Alan Rawsthorne,
Max Reger, No. 1 in C minor (1897-8), No. 2 in C minor, Op. 64 (1901-2)
Carl Reinecke, in A major, Op. 83 (by 1865) IMSLP
Reizenstein
Reicha  (1770-1836)
Respighi
Joseph Gabriel Rheinberger (1839-1901) Klavierquintett in C Op.14 (audio fragm. /1 /2 /3 /4
+ Anton Rubinstein, in G minor, Op. 99 (1876?)
Rueda
+ Camille Saint-Saëns, in A minor, op. 14 (1855) IMSLP eerst maar eens luisteren, niet onspeelbaar
! Franz Schmidt, (left-hand) in G major (1926)
Florent Schmitt, in B minor Op.51 (1908) IMSLP
Gustav Satter, Fantasie v. piano quintet, 1868, IMSLP
Scott
Smalley
+ Alfred Schnittke, (1972-76) deel 5
! Giovanni Sgambati (1841-1914), Op.4 (No. 1, f-klein '66), Op.5 (No. 2, Bes )
IMSLP  os
+ Sjostakovitsj Op.57 (g-klein, 1940) deel 1, Argerich e.a. deel 3
+ Jean Sibelius, in G minor (1890) os
Sinding, Christian, Piano Quintet, Op.5 IMSLP eventueel, bedkijken
Ludwig /Louis Spohr (1784-1859) Op.130 (± 1850) (part. KB niet uitl.)
!Charles Villiers Stanford Op.25 IMSLP speelbaar, beluisteren
Josef Suk
Sergei Taneyev, in G minor, Op. 30 (1911) IMSLP
Ludwig Thuille, (1885?) noten ms
Toch
Turina
G.B.Viotti (1790)
+ Louis Vierne, in C minor, Op. 42 (1917)
Anton Webern, (1907)
! Weinberg Op.18
Charles-Marie Widor, No. 1, Op. 7 (1881?) IMSLP
Yitzhak Yedid, 'Since My Soul Loved', (2006)
Xenakis


SCHUMANN Op. 44 (ontleend aan Musicalifeiten)
Schumann: het mooiste en beste van zijn kamermuziekwerken: het pianokwintet in Es op. 44. Het werk ontstond in misschien wel de gelukkigste levensfase van de componist. Op dat moment was nog geen sprake van de depressie die hem tenslotte tot zelfmoord zou drijven. In oktober 1842 had hij nog geen drie weken nodig om het werk af te maken. Het werd aan Clara opgedragen en zij nam uiteraard deel aan de eerste uitvoering. Die werd een groot succes en hielp bij het vestigen van Schumanns reputatie zoals nooit eerder een van zijn werken had gedaan en later nog zou doen. Bij de tweede uitvoering was Clara ziek en nam Mendelssohn op korte termijn haar rol over; hij moest de pianopartij min of meer onvoorbereid van blad spelen.Geïmponeerd als hij was door het kwintet suggereerde hij Schumann wel dat deze een wijziging zou aanbrengen in het derde deel, het scherzo, door er iets levendigers als tweede trio aan toe te voegen. Schumann gaf onmiddellijk gevolg aan dat verzoek en het resultaat is het werk zoals we dat tegenwoordig kennen. Het gaat om een van de fraaiste vondsten in een werk dat toch al getuigt van voortdurende inspiratie op het hoogste niveau.Er hoeft weinig twijfel aan te bestaan dat Schumann wilde wedijveren met Schuberts Forellenkwintet, maar er bestaat een cruciaal verschil tussen beide werken die wel hun zonnige karakter en hun afwisselende opgewektheid. Dit kwintet van Schumann is – misschien afgezien van Hummels pianokwintet op. 87 uit 1802 -  het eerste dat een belangrijk componist ooit schreef voor het traditionele, uit twee violen, altviool en cello bestaande strijkkwartet plus een piano.
Schumanns werk begint heel vrolijk en meteen kunnen alle instrumenten aan de slag. De aanduiding Allegro brillante is eerder een aanduiding van de stemming dan van de snelheid. Elk van de vier halve noten aan het begin moet worden geaccentueerd en accentuering is een wezenskenmerk in het hele stuk, hoewel dat geen moment tot schrilheid leidt. Schumann klampt niet zo graag aan; de getoonde kracht is eerder een blijk van spiritualiteit dan van aandrang. Wat zo uniek is bij Schumann is dat hij tegelijk zo fel en lyrisch kan zijn. Nog opmerkelijker is dat waar bij de meeste andere componisten de piano in vergelijking met de strijkers wat kortademig klinkt omdat hij minder lang de toon kan aanhouden, bij Schumann de pianist juist de voorrang krijgt bij het introduceren en behandelen van zangerige melodieën. Zodat meteen na de uitbarsting aan het begin de piano een ingrijpend tweede thema inleidt dat door de eerste viool wordt overgenomen en hoewel de piano daarna terugtreedt in een meer begeleidende rol ontstaat nooit het gevoel dat de instrumenten tegen elkaar worden uitgespeeld. Iets wat men in een toch vrij concertante vorm wel zou verwachten. Hier draagt alles bij aan een doordringende warmte.In het tweede deel, in modo d'una marcia, speelt de eerste viool een melodie die maar al te gauw somber of spookachtig kan klinken, maar die geen van beide hoort te zijn. Geen van deze stemmingen past in dit werk en ook niet binnen de rest van het onderhavige deel, want na nauwelijks een minuut gaat de mars over in een dalende en zich weer verheffende melodie voor viool en cello die ons eraan herinnert dan Brahms, een vurig bewonderaar van Schumann, hier wordt gevleid. De mars keert terug en de tweede episode draagt de aanduiding agitato en bezit een hoekige figuratie van de piano en de vier strijkers unisono. Het markeert een gedaanteverwisseling van de mars in een lyrisch thema en de Brahmsachtige melodie keert in volle glorie terug.Het scherzo is een losjes jolige affaire; opwaartse pianoloopjes geven het voorbeeld aan de vier andere musici. Er zijn twee trio's, het eerste lyrisch van aard en het tweede – op suggestie van Mendelssohn – jachtig en chromatisch van aard. De finale is een combinatie van de sonatevorm en de fuga, een "reizend en trekkend" deel naar het voorbeeld van Schubert om mee te beginnen, maar na een grote climax heeft Schumann een verrassing in petto: het allereerste thema uit het werk keert terug en krijgt een volledig fugatische behandeling. Daarna stampvoet iedereen naar huis.